vrijdag, april 24, 2009

Cursusdrang (1)

Afbeelding: Vipassana meditatie in de Tihar gevangenis in India.

Mijn zus kwam vorige week gebroken terug van een cursus Vipassana in België. Het fijnste van de cursus was om daarna weer thuis te komen, beweerde zij.

Vrouwen hebben een veel grotere cursusdrang dan mannen. Dat is geen wonder, want ze hebben ook veel meer onvolkomenheden. Mijn ex-vrouw A. stortte zich elk halfjaar in een nieuw cursusavontuur. A. volgde cursussen handopleggen, magnetiseren en Reiki. Wat is er tegen als iemand zichzelf wil ontwikkelen? Ik had er geen bezwaar tegen zolang ik het maar niet leuk hoefde te vinden. Maar dat moest ik wel.

Altijd maakte ik deel uit van haar kortstondige cursustrajecten. Mijn opofferingsgezindheid was groot. In het weekend bezochten we paranormale beurzen, new-age winkels en ik ging ‘s maandags naar kantoor met een lapis lazuli om mijn nek. Op een dag vond ik onder mijn hoofdkussen door A. getekende pentagrammen.

Vanzelfsprekend was ik ook de aangewezen proefpersoon bij het huiswerk voor de cursus magnetiseren.

- “Heb je dan nergens pijn?“, vroeg ze smekend?
- “Nee“, zei ik.
- “Echt niet?“.
- “Nou, wacht, misschien een beetje hier, in mijn schouder.“
- “Kom hier op die stoel zitten!”, zo luidde het onmiddellijke bevel. Zeer geconcentreerd begon ze met haar behandeling.
- “Merk je al wat“?
Nee ik merkte eigenlijk niets.
- “Jij bent niet serieus”, zei ze teleurgesteld en ze was zelfs een beetje boos. “Je moet er wel in geloven, anders dan helpt het niet!”.

Teleurgesteld in mijn inzet probeerde ze daarna handoplegging uit op de katten. Volgens haar met geweldige resultaten. De katten zagen er beter uit dan vroeger en leken zich ook prettiger te voelen.
Ik zag geen verschil, ze spinden net zo hard als voordat mijn ex met haar new-age poespas begon. Maar dat zal mijn verbeelding zijn geweest.

donderdag, april 16, 2009

Playing for a change

Ik vind dit zo'n fantastische mooie video, ik moet hem wel in mijn blog plakken. Met dank aan Brancalúa:


Playing For Change | Song Around The World "Stand By Me" from Concord Music Group on Vimeo.

dinsdag, april 14, 2009

Weg met Franco!

foto: beeld van Franco in Melilla (bron www.20minutos.es)

In Melilla wordt binnenkort het laatste standbeeld van Francisco Franco weggehaald. In heel Spanje waren er tot voor kort nog standbeelden van de dictator in de openbare ruimte aanwezig. Het laatste op het Iberisch schiereiland was een ruiterstandbeeld dat op 18 december 2008 uit het centrum van Santander werd verwijderd.

Het beeld in Melilla wordt voorlopig niet vernietigd. De president van Melilla, Juan José Imbroda Ortiz, wil dat het op een andere plaats tentoongesteld wordt. Franco was in 1921 commandant van het legioen dat Melilla verdedigde tijdens de belegering door Marokkaanse Jif- en Jibalastammen. Dankzij het legioen onder leiding van Franco bleef Melilla Spaans en daar moeten de Spanjaarden dankbaar hem voor zijn, vindt Juan José.

Tijdens de dictatuur eigende de familie Franco zich vele bezittingen toe. Als het laatste standbeeld is gesneuveld wordt het misschien eens tijd om te gaan praten over al het geld en onroerend goed dat de dievenbende aan het Spaanse volk heeft ontstolen. Het vermogen van de familie bedraagt volgens ingewijden tussen de 500 en 600 miljoen euro. Dat geld zou de Spaanse regering goed kunnen gebruiken voor hulp aan de slachtoffers van het regime.

donderdag, april 09, 2009

Fris en helder Salamanca (4)

Foto: Casa de las Conchas, met op de achtergrond een van de torens van de Universiteit van Salamanca. © Duveltje 2009

We slapen de siësta. Daarna lopen we verder door de stad. Er zijn zoveel mooie gebouwen, binnenplaatsen, torens, kerken. Jammer dat die ijzige wind maar blijft blazen. Het is te koud om op een terrasje te gaan zitten.

Het Casa de las Conchas ( het Schelpenhuis) wordt zo genoemd vanwege de sint-jakobsschelpen die als ornament op de gevel zijn aangebracht. Het is gebouwd tussen 1493 en 1512 en is een voorbeeld van laatgotische civiele bouwkunst (gótico civil), waarin bovendien nog Moorse invloeden terug te vinden zijn. De legende gaat dat onder een van de schelpen een schat verborgen ligt.

De sint-jakobsschelp is het symbool van de pelgrimage naar Santiago de Compostela. Vroeger liepen de pelgrims nog een stuk door. De route eindigde in Finisterre dat 100 kilometer meer naar het westen ligt, aan de Atlantische Oceaan.
In Finisterre aangekomen zochten de pelgrims een schelp op het strand en namen die mee als bewijs van hun tocht. Er zijn nog steeds pelgrims die het extra stuk van Santiago naar Finisterre afleggen en veel van hen dragen de hele tocht een sint-jakobsschelp met zich mee.

Het huis behoorde oorspronkelijk toe aan Rodrigo Maldonado de Talavera, rechtsgeleerde, professor aan de universiteit en ridder in de Orde van Santiago, vandaar de schelpen.

Die sint-jakobsschelpen zijn trouwens een ware lekkernij. Ik moet daar binnenkort maar eens een receptje aan wijden.

dinsdag, april 07, 2009

Fris en helder Salamanca (3)

Foto: kamer in het Centro Documental de la Memoria Histórica in Salamanca, ingericht als vrijmetselaarsloge.

Na ons bezoek aan het Casa Lis maken we een wandelingetje over de Romeinse brug over de rivier de Tormes. Daarna wandelen we het centrum weer in. Salamanca is een stad van ooievaars en kikkers. Als ik omhoog kijk naar de torens van de kathedraal zie ik daar wel zeven ooievaars tegelijk rondcirkelen. De kikker is tot symbool geworden omdat hij staat afgebeeld op de 16e-eeuwse gevel van de Universiteit van Salamanca, de oudste universiteit van Spanje.

We bezoeken het Centro Documental de la Memoria Histórica, een historisch documentatiecentrum.
Het centrum huisvest een archief voor documenten die met de Spaanse Burgeroorlog te maken hebben. De fascisten brachten de documenten tijdens de Burgeroorlog bijeen en gebruikten ze bij de vervolging van hun tegenstanders. Het is open voor publiek en er is een permanente expositie van onder andere propaganda van republikeinen, falangisten, fascisten en communisten. Door de fascisten werden voorwerpen verzameld waarmee hier een vrijmetselaarsloge is ingericht. Net als Hitler rekende Franco de vrijmetselaars tot zijn vijanden.

Door een glazen wand kunnen we de kamer bekijken. Aan het andere einde zitten drie poppen gehuld in zwarte lakens die ons vreemd aanstaren. Het is een sinistere voorstelling.

Als we buiten komen blaast gelukkig nog steeds die frisse wind die de macabere beelden weer snel wegvaagt.

maandag, april 06, 2009

Fris en helder Salamanca (2)

links: beeldje van Demetre H. Chiparus, rechts: poppen van Kestner met afschroefbare hoofdjes.

De volgende ochtend bezoeken we eerst Casa Lis, het museum voor Art Deco en Art Nouveau. Het museum herbergt een imposante verzameling beeldjes van art-deco-kunstenaars als Demetre H. Chiparus, Claire Colinet en Ferdinand Preiss. Ik was niet bekend met deze kunstenaars en dit is een leuke verrassing. De beeldjes uit ivoor, brons en marmer zijn juweeltjes. Het museum zelf is een Jugendstilpaleisje, ontworpen door de architect Joaquín de Vargas en gebouwd tussen 1904 en 1905. Het blauwe glas in lood zorgt voor een speciale lichtval en een heel bijzondere sfeer. Je waant je zo in het begin van de 20e eeuw.

Op de eerste etage bevindt zich een even indrukwekkende poppenverzameling met antieke poppen van Kammer & Reinhardt, Kestner en Simon & Halbig. Vooral de poppetjes met afschroefbaar hoofdje in een doosje maken op ons een lugubere indruk.
We stellen ons voor dat die honderden poppen met hun bleke gezichten en vreemde opengesperde glazen ogen ‘s nachts uit hun kabinetten komen om een dansje te maken.

vrijdag, april 03, 2009

Fris en helder Salamanca

foto: toren van het klooster der Ursulinen, Salamanca

Plof en ik komen ’s avonds aan en lopen door de stad met het laatste licht van de dag. Het centrum van Salamanca is in zijn geheel gerestaureerd. Gevelreclame en -verlichting zijn minimaal. Een groot deel van de gebouwen is in gotische, romaanse, renaissance- en barokstijl bewaard gebleven en de stad straalt een sfeer uit vergelijkbaar met die van Florence of Brugge. Salamanca's stadscentrum staat sinds 1988 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De cafécrème-kleurige steen waar de gebouwen uit zijn opgetrokken domineert. Een koude wind blaast de straten schoon en de stad is helder, zuiver alsof de heiligen die op de gevels staan afgebeeld een spoor van purificatie hebben achtergelaten.

De straten worden gevuld door grote groepen pubers. Een invasie van scholieren, vooral uit Frankrijk en Spanje. Blijkbaar is de week voor Pasen het uitgewezen tijdstip voor stedentrips. De leerlingen worden vergezeld door een of twee docenten, vaak met een vermoeide, wanhopige, soms ongelukkige blik in hun ogen.
”Rechts de kerk van San Marcos”, roept de docent. Een enkeling werpt een vluchtige blik naar rechts, maar de meesten zijn te druk met elkaar bezig. Ze lopen met hun mobieltje in de hand, maken foto’s van elkaar, lachen, giechelen, flirten.

De ijzige wind duwt ons tenslotte een restaurant in. Casa Paca is ons zeer aanbevolen door autochtonen. Het personeel is weggelopen uit een aflevering van de Addams Family. Een lang type met een kaal hoofd en een sacherijnig smoelwerk buigt bij het naderen van onze tafel telkens als een knipmes. Alleen de barst in zijn schedel ontbreekt. Verder worden we bediend door een korte dikke ober met een vals glimlachje en een bleke magere jongen met een droeve, vermoeide uitdrukking op zijn gezicht. Nee, twee keer voorgerecht en een hoofdgerecht is niet mogelijk. In dit deel van het restaurant moet u elk een hoofdgerecht verorberen, laat het knipmes ons weten.
Dat is wel wat vreemd, op een maandagavond, met nog geen kwart van de tafels in het restaurant bezet. Plof fluistert me toe dat ze dit nog nooit eerder heeft meegemaakt.
Dan maar twee keer vis.
"Toch geen kweekvis?”, vraagt Plof voorzichtig, als echte Gallega.
“Alleen de dorada (goudbrasem) is kweekvis”, verzekert ons het knipmes. Ik bestel lubina (zeebaars), Plof kiest de rodaballo (tarbot).

Een kwartiertje later ligt de vis op ons bord. Die van Plof is rauw. Het knipmes neemt de vis mee terug naar de keuken. Ook mijn vis blijkt voor de helft rauw en de kleine dikke grijpt mijn bord en huppelt er mee weg. “Het ligt te ver van zee”, mompelt Plof.
Een kwartier later ligt dezelfde vis weer voor onze neus, maar nu gaar. Geen excuses van ober of kok, geen blikken of blozen. De vis is trouwens uitstekend, dat moet wel even vermeld worden. Daarom niet geklaagd, voor 40 euro p.p. namen we een heerlijke, unieke, macabere restaurantervaring mee naar huis.