maandag, juli 14, 2008

North Sea Jazz 2008 – I - Dweezil

foto: De Zappa's

Het was al een tijdje geleden dat Duveltje het Noordzee Jazz Festival mocht bijwonen. Het Noordzee Jazz Festival is geen jazzfestival, maar niet alle genodigden zijn daarvan op de hoogte. Joe Jackson merkte tijdens zijn optreden op dat hij zich afvroeg zich af wat voor muziek hij op een jazzfestival moest spelen. Ook Dweezil Zappa vertelde het publiek dat zijn bandje eigenlijk geen jazz speelt. Net als Joe Jackson zei de gitarist ergens tijdens het optreden zoiets als “maar dit volgende nummer is wel een beetje in die richting”.

Op het North Sea Jazz festival is een ratjetoe van muziekstijlen te horen. Dat is mooi, want zo krijg je een heleboel verschillende soorten publiek en musici bij elkaar, die gewild of ongewild kennis maken met verschillende soorten muziek.

Bij elkaar lukte het ons om te kijken en te luisteren naar Dweezil Zappa, Joe Jackson, Alicia Keys, Grupo Fantasma, Youssou N’Dour, Bennie Wallace, Buddy Guy, en Gnarls Barkely. Dat is teveel voor een blogje.

Daarom beginnen we maar met Dweezil (the weasel?). Zappa plays Zappa heet de show van Frank Zappa’s zoon. Opportunistisch, natuurlijk. Nee, ik verwijt Dweezil niet dat hij Frank naspeelt, integendeel. Wat kan je eigenlijk beter doen dan de muziek van je beroemde vader ten gehore brengen? Dweezil bokst altijd op tegen dat enorme genie van zijn vader. Iedereen zoekt Frank in Dweezil, net als iedereen John in Julian (Lennon) zoekt. Dan kan je maar beter de koe bij de horens vatten en je vader’s werk gaan vertolken. Dat is de snelste manier om succesvol te zijn, om de pers te halen, om fans te werven, om je schaapjes op het droge te krijgen. Blijkbaar lukt dat goed want Dweezil speelt al twee jaar lang dit repertoire in deze bezetting.

De eerste drie nummers zoemden de roadies als vliegen om de muzikanten heen. De bandleden leken meer bezig met de geluidstechnici dan met hun publiek. Duimpje omhoog, duimpje omlaag, lelijke bek trekken, glimlachje en vingertje naar een medemuzikant en dan weer naar de monitor. Voor het eerst hoorde ik in de Ahoy een perfect zaalgeluid, maar op het podium was het blijkbaar niet in orde. Het meest fantastische van dit festival is de mogelijkheid om zoveel hele goede muzikanten live te kunnen beluisteren. De muzikanten van Zappa’s band zijn grandioos. Vooral Sheila Gonzales, Joe Travis, en Billy Hulting waren geweldig.
Naarmate het concert langer duurde werd Dweezil eigenlijk steeds sympathieker. Hij speelt veel “gewoner” gitaar dan Frank, maar kiest toch voor hetzelfde wah-wah-geluid en dat is ook al weer een voorbeeld van opportunisme. Zelf trad hij weinig op de voorgrond, hetgeen ook niet nodig was met zo’n stel geweldige muzikanten achter zich. Dat veranderde echter in de laatste nummers. Plotseling moesten de spotlights op hem gericht zijn en volgden er in de twee laatste songs ellenlange vervelende gitaarsoli. Het volume van het zaalgeluid was inmiddels zo opgevoerd dat er alleen maar een hoop lawaai te horen was. Zonde van dat eind. Anders was het een uitstekend concert geweest.

Geen opmerkingen: