vrijdag, september 05, 2008

Tapas, lekker kneuteren

Foto: Nederlandse nep-tapa (Elzasser cervelaatworst, Amsterdamse ui, Griekse feta), copyright Duveltje

Wij Nederlanders houden van kneuterig gedoe. We houden van Anton Pieck, letterbakken, punniken, en we houden ook van kneuterig eten. Er is geen een land in Europa waar zo kneuterig wordt gegeten als in Nederland. Daarom importeren wij ook veel kneuter-eten uit het buitenland. De Indonesische rijsttafel was in de jaren zestig een groot succes. Lekker veel kleine, verschillende hapjes en niet duur. Daar kwamen in de zeventiger jaren de kaas- en vleesfondue bij, met eindeloos veel schaaltjes met sausjes, rauwkost en andere flauwekul. Genoeg om een lange, gezellige, donkere winteravond kneuterend door te brengen. In de jaren tachtig verdwenen de fonduepannen naar zolder en volgde het gourmetten. In de jaren negentig gingen we steengrillen, was de sushi in opkomst en verschenen ook de tapas.

De afgelopen vijftien jaar zijn in Nederland de tapasrestaurants als paddenstoelen uit de grond geschoten. De meeste van deze tapastenten serveren voedsel van twijfelachtige kwaliteit. Er worden veel conservenblikken opengetrokken en er wordt veel ontdooid en opgewarmd. Duveltje heeft, samen met zijn Spaanse vrouw Plof, zelf ooit eens een restaurantje gehad in de buurt van Barcelona. Tapas kunnen veel geld in het laatje brengen, en daarom kwamen we spoedig op het idee om ook tapas te gaan verkopen. Spanjaarden eten “met het oog”. Daarom staan er op veel bars glazen vitrines. In een tapasbar liggen er verschillende soorten tapas in deze vitrines. Het woord tapas komt van het werkwoord tapar, dat bedekken betekent. Een tapa is dus een hapje dat de honger moet toedekken, oftewel stillen.

In Spanje zal je geen tapas-restaurants vinden. Tapas worden daar geserveerd als voorgerecht, of als snack, meestal in bars en cafeteria’s en ook wel in restaurants, maar niet in tapas-restaurants. Na het nuttigen van een of meerdere tapas wordt er in Spanje ècht gegeten.

Er zijn honderden, misschien wel duizenden soorten tapas. Iedere Spanjaard heeft zijn eigen favoriete tapas. In Galicië worden er veel schaal- en schelpdieren gegeten. Net als in Portugal zijn de berberechos (kokkels), mejillones (onze Gewone Mossel, oftewel de Mytilus edulis), almejas, (een ander soort mossel) en percebes (eendenmosselen) heel populair.
De tapas die in Spanje het meest geserveerd worden bij een glas wijn of een biertje zijn olijven, gevuld met paprika of met ansjovis, plakjes chorizo of gerookte ham, worstjes, de tortilla Española en de pincho’s. Een pincho is een prikkertje met bijvoorbeeld een stukje brood, ham en een olijf. Je hebt tapas die bestaan uit groenten, zoals een kleine portie spinazie, of bonen en ook zijn er warme tapas. Kroketten, gebakken of gefrituurde aardappeltjes, gehaktballetjes, inktvis, kippenvleugeltjes of pootjes, gebakken visjes en ga zo maar door.

In het Nederlandse tapas-restaurant dat ik vorig jaar bezocht stonden er gefrituurde kikkerbilletjes, rijstballen met kaas, rundvlees in yoghurtsaus en stukjes Turks brood met “tapanade” op de kaart. Al die zaken, inclusief de “tapanade” heb ik in Spanje nog nooit gezien en geproefd. De “tapanade” heeft niets met tapas te maken, heet eigenlijk tapenade en komt uit zuiden van Frankrijk.

Duveltje en Plof probeerden het in hun eigen Spaanse restaurant ook met tapas, maar kwamen er al snel achter dat het geen makkelijke business is. Als we de vitrine volstouwden met tapas kwam er geen (Spaanse) hond langs en de meeste tapas zijn niet lang houdbaar, zeker niet in het Middellandse Zeeklimaat. De gekoelde vitrines zijn handig, maar kosten veel stroom. Als het eten er lang in ligt droogt het uit en ziet het er lelijk uit. Als we geen klandizie verwachtten stond de zaak plotseling vol met mensen die om tapas zeurden. Uiteindelijk hebben we de vitrine verkocht.

Nog een tip. Als u toch tapas wil gaan eten, let dan goed op als u een zogenaamd tapasrestaurant binnenstapt! Verzeker u ervan of er in de keuken echte Spanjaarden werken of dat u te maken heeft met als Spanjolen vermomde Argentijnen, Mexicanen, Turken of nog veel erger: Nederlanders. Geloof mij, u proeft het verschil. Een echte Spanjaard is trots op zijn keuken en zal u niet snel blikvoer voorzetten.

Geen opmerkingen: