Ik behoor tot de Nix-generatie, Generation X. De born-in-the-fifties. De generatie van studenten die wordt omschreven in “Onder Professoren” van Willem Frederik Hermans, of in "Vallende Ouders" van A.F.Th. van der Heijden. De generatie die hield van ludieke acties, of beter nog “ludieke aksies”. Opgegroeid met sitdowndemonstraties (die toen nog geen demoos heetten), witte fietsen, witkarren, Maagdenhuisbezettingen, ontvoeringen van Het Lieverdje, Johnny de Selfkicker, en ga zo maar door.
Dat vergeet ik wel eens.
Dus vandaar dat ik mijn ludieke aksie bedacht en verstuurde naar Amnesty International. Vergetende dat ludieke aksies niet meer “in” zijn en dat er zakelijkheid moet worden betracht, en wel in alles. Mijn voorstel aan Amnesty was om medailles uit te reiken aan de sporters die tijdens de Olympische Spelen iets over de mensenrechten durven te zeggen. Ik kreeg een heel keurig mailtje terug, niet gegenereerd door de automatische-antwoord-robot, dus dat was al een pluspunt.
In het antwoord van Amnesty stond dat ze de sporters niet op die manier willen aanmoedigen om uitspraken over mensenrechten te doen. Verder zeiden ze dat ze op het ogenblik niet over aandacht te klagen hadden, dankzij Hein Verbruggen en Erik van Muiswinkel. Maar als ze in de toekomst nog iets met mijn idee wilden doen dan zouden ze me dat zeker laten weten.
Daar kan ik wel mee leven. Maar sommige Chinezen misschien weer niet.
Daarom ga ik er zelf maar mee aan de slag. Ik zal die medailles zelf wel uitreiken aan de sporters die wat durven zeggen daar in het Verre China. Laat u alstublieft een reactie achter op dit blog zodra u straks een sporter iets hoort zeggen over mensenrechten. Sponsors voor het maken van de medaljes zijn ook welkom. Zelf ben ik maar een arme duvel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten